Vervolg versterkte aanpak schijnzelfstandigheid
Zoals aangegeven in de vorige Nieuwsflits heeft het ministerie van sociale zaken en werkgelegenheid op 8 november jl. een informatiebijeenkomst gehouden in verband met de verscherpte handhaving op schijnzelfstandigheid welke per 1 januari 2025 ingaat. Ook de belastingdienst was bij deze bijeenkomst aanwezig en heeft een presentatie gegeven.
Om te bepalen of al dan niet sprake is van schijnzelfstandigheid wordt gekeken naar de volgende criteria:
- De aard en de duur van de werkzaamheden;
- De wijze waarop de werkzaamheden en de werktijden worden bepaald;
- De inbedding van het werk en degene die de werkzaamheden verricht in de organisatie en de bedrijfsvoering van degene voor wie de werkzaamheden worden verricht;
- Het al dan niet bestaan van een verplichting het werk persoonlijk uit te voeren;
- De wijze waarop de contractuele regeling van de verhouding van partijen tot stand is gekomen;
- De wijze waarop de beloning wordt bepaald en waarop deze wordt uitgekeerd;
- De hoogte van deze beloningen;
- De vraag of degene die de werkzaamheden verricht daarbij een commercieel risico loopt;
- Of degene die de werkzaamheden verricht zich in het economisch verkeer als ondernemer gedraagt of kan gedragen (denk hierbij aan het aantal opdrachtgevers waar hij voor werkt, acquisitie en de duur waarvoor hij zich doorgaans aan een bepaalde opdrachtgever verbindt;
- Het gewicht dat toekomt aan een contractueel beding bij beantwoording van de vraag of een overeenkomst als arbeidsovereenkomst moet worden aangemerkt, hangt mede af van de mate waarin dat beding daadwerkelijk betekenis heeft voor de partij die de werkzaamheden verricht.
Het volgende schema geeft een overzicht van indicaties die zouden kunnen wijzen op schijnzelfstandigheid of juist bevestigen dat hiervan geen sprake is:
Mocht je werken met zzp-ers en wil je een goed beeld krijgen van de situatie in je eigen bedrijf dan kan je het volgende stappenplan gebruiken:
Relevante links uit bovenstaande sheet/afbeelding: